Het kriebelde al even om weer te schrijven over Bretagne. Het vorige verhaal in deze reeks speelt zich af in Erquy. Daar blijf ik nog even hangen want er valt veel te vertellen over deze havenstad aan de Côtes-d’Armor.
Erquy is Asterix-gebied. En als je je afvraagt waarom, lees dan vooral verder. Duizelingwekkende caps, wilde orchideeën en vreemdsoortige creaties, ook zij passeren de revue. En verder kilometers rotsen, strand en azuurblauw water.

Galettes en pizza’s
De dag voor Pinksteren. We hebben de kust van Morbihan (in het Zuiden van Bretagne) ’s morgens achter ons gelaten en onderweg naar het Noorden beroemde crêpes en galettes gegeten in het middeleeuwse Josselin. In de late namiddag stranden we in Erquy. Het weer is er op dit moment mooi en het water in de baai prachtig blauw.
‘s Avonds schuiven we aan in La Stalla, een Italiaans restaurant op de kade. We zijn zowat de eerste gasten. Het restaurant loopt daarna in geen tijd vol. Het personeel komt handen tekort.
Hier stromen op werkdagen massa’s werkmannen toe tijdens hun middagpauze, horen we later. Het restaurant is bekend tot ver buiten de stad. Ze serveren hier streekgerechten en Italiaanse gerechten zoals pizza. Wie kiest voor een halve pizza krijgt er ook een slaatje bij, een frisgroene salade overgoten met vinaigrette.

Les plages sauvages
Pinksterdag. Het wordt de enige dag met mooi weer (tijdens ons verblijf hier) volgens de météo. Daarom vertrekken we ’s ochtends voor een wandeling langs Le Circuit des plages sauvages. Een pittige, bewegwijzerde tocht van bijna 8 km leidt ons over smalle kustpaadjes, over drie kapen en langs evenveel stranden. Voor een groot stuk volgt deze lus de GR34, het douanierspad dat de Bretonse kustlijn volgt.

Een van de hoogtepunten krijgen we al tijdens het prille begin van de tocht. les Lacs Bleus, prachtige diepblauwe meren omringd door metershoge pijnbomen. Ze liggen op grote hoogte, zo’n 40 m boven zeeniveau, op de Cap d’Erquy. Aan twee zijden rijzen roze rotsen omhoog.

Wat een verrassing om deze meren hier aan te treffen, verstoken van de buitenwereld. Een oase, hoog boven de drukte van baai en haven.
Waarschuwing: In het voor- en najaar is de dennenprocessierups actief rond Les Lacs Bleus.

Een trap leidt naar beneden, naar de baai. De route echter leidt ons verder omhoog, eerst tussen bomen door en daarna door een open en ruig landschap met toefjes heide. De zee ligt links, de roze zandsteenrotsen rechts.

Het is me nog niet vaak overkomen in Bretagne, gelukkig, maar hier heb ik tijdens de laatste tientallen meters naar de top last van knikkende knieën. De hoogte wordt me even teveel. Ik wandel verder tot de weg weer daalt en de angst verdwijnt. Daar kan ik opnieuw genieten van het landschap en de weidse panorama’s.


De dapperste onder de Galliërs
Er zijn veel stadjes in Bretagne die claimen dat Asterix bij hen het levenslicht zag. Terwijl de anderen erom kibbelen, lachen ze in Erquy in hun vuistje. Hier weten ze wel beter. De dapperste der Galliërs, die woonde in hún contreien. Tekenaar Albert Uderzo, bezieler van Asterix, vond hier inspiratie voor het dorp van Asterix, zo zeggen ze in Erquy. In de drie rotsen die in de zee rusten, vlakbij de kustlijn, de Pointe des Trois Pierres.
In 2010 verscheen er in De Morgen een leuk artikel over het dorp van Asterix en Obelix n.a.v. de 50e verjaardag van de strip.
Of het nu wel of niet waar is, met een beetje verbeelding kan ik het dorp van Asterix wel plaatsen binnen de setting van dit landschap. ?

Wilde orchideeën
Alleen al voor de bijzondere flora is zo’n wandeling over een kustpad meer dan de moeite waard.
In juni is de kans groot dat je wilde orchideeën spot.

Ik hoop nu al een week op de ontdekking van zo’n orchidee. Enkele meters boven de Plage du Portuais valt mijn blik op iets roze. Een wilde orchidee. Ik ben plots euforisch (dat heb ik altijd bij zulke ontdekkingen) en dat gevoel houdt een hele tijd aan. Want het is niet één orchidee maar vele tientallen. Ze staan verspreid op de helling, onderhevig aan felle wind en zon.
Hun Nederlandstalige naam is Hondskruid en je vindt ze ook in onze Lage Landen, hoofdzakelijk in kustgebieden.

Dit zijn niet de enige florale schatten die ik zal ontdekken in deze streek. Dit is nog maar het begin, maar dat weet ik dan nog niet.


Hoogtemeters genoeg op deze route. Het vele stijgen en dalen kruipt in de kuiten.

Onderweg pauzeren we even en eten we een reep. Een stevige maaltijd is voor later vandaag.
We wandelen verder over het kustpad. Aan de Plage du Guen moeten we het kustpad verlaten. We missen een onopvallende wegwijzer maar gelukkig zien we onze vergissing op tijd in.
Vier uur na ons vertrek arriveren we terug op het startpunt.


Ty prince
Die avond eten we in het centrum van Erquy, tegenover de bakkerij waar ze, volgens onze Trotter, heerlijk gebak hebben. We hebben het spijtig genoeg niet kunnen checken.
De eigenaar van ‘Ty Prince’ is een Cambodjaan en dat merk je aan de keuken. Veel wokgerechten én gerechten met streekproducten, zoals de coquilles Saint-Jacques waar Erquy gekend voor is, maar dan met een Oosterse toets.
Het is een leuke zaak. Veel volk, fijne ambiance, supervriendelijke bediening. Alle gerechten worden tevoorschijn getoverd van achter een hoge, grijze kleerkast en aan het plafond hangen allerlei vreemde creaties die zo uit de wereld van Jules Verne lijken te komen. Fascinerend.
Adres: 1 rue de la Saline, 22430 Erquy.

Wil je graag meer lezen over Bretagne? Scrol dan zeker eens door mijn pagina Op Reis in Bretagne.
Je moet inloggen om een reactie te plaatsen.